Dx = [1,3]

Het domein en het bereik bestaan uit een rij getallen. Zo'n rij getallen noemen we een interval. Er zijn twee soorten intervallen, gesloten en open.

Bij een gesloten interval horen de eindpunten ook bij het interval. Nemen we als voorbeeld het interval van 3 t/m 7 (zie plaatje hieronder), dan bestaat het gesloten interval [3,7] dus uit de getallen 3 en 7 en alle getallen die ertussen liggen. De rechte haken gebruiken we om aan te geven dat we het over een gesloten interval hebben. Bij een gesloten interval tekenen we de eindpunten met dichte rondjes.

Bij een open interval horen de eindpunten niet bij het interval. In hetzelfde voorbeeld bestaat het open interval <3,7> uit alles getallen tussen 3 en 7, maar de getallen 3 en 7 zelf niet. De kromme haken gebruiken we om aan te geven dat we het over een open interval hebben. Bij een open interval tekenen we de eindpunten met open rondjes (zie plaatje hieronder).

Sluiten